Aging Assets – een terugblik naar het verleden
Dankzij het Marshallplan (1947) kreeg de opbouw van de Nederlandse industrieën en energievoorzieningen na de Tweede Wereldoorlog een belangrijke impuls. Veel van de installaties die nu door organisaties gebruikt worden stammen nog uit deze periode. De installaties zijn daarmee al behoorlijk op leeftijd, maar betekent dit ook dat ze daarom zouden moeten worden afgeschreven? Of kan men de levensduur van deze assets nog verlengen en dezelfde (of zelfs betere) prestaties realiseren?
Er bestaat een brede veronderstelling dat verouderde installaties leiden tot onbetrouwbaar gedrag van assets, te veel storingen, meer correctief onderhoud en onverwachte investeringen. Is dit wel correct? Want vaak laat men de machines na de technische levensduur doordraaien en vervangt men uit kostenbesparing onderdelen om op de korte termijn voorlopig te blijven produceren. Dat het op de lange termijn niet altijd even voordelig is, wordt niet goed herkend.
In plaats van te focussen op de leeftijd kan beter gekeken worden naar de gebruiksfase van een asset. Vooral naar hoe het onderhoud van de installatie het operating window beïnvloedt. Wanneer het onderhoudsproces goed door een organisatie wordt beheerst, kan het operating window van een asset immers worden verlengd. Er zijn ook genoeg voorbeelden bekend waarbij de levensduur van een asset kan worden verlengd doordat een organisatie het onderhoudsproces goed beheerst.
De enige constante variabele is verandering
Assets worden gedurende de levensfase blootgesteld aan verschillende omgevingsfactoren. Al deze factoren hebben invloed gehad op de conditie van een asset. Zo heeft de afgelopen financiële crisis bijvoorbeeld een negatieve impact gehad op de technische staat van de assets. Doordat alle marges onder druk stonden, was het nodig om met minimale middelen door te blijven produceren. Nu de crisis over is, willen veel bedrijven koste wat kost weer winst laten zien. Het gevolg is dat onderhoud nog steeds niets mag kosten waardoor equipment niet goed wordt onderhouden en slijt. Omdat deze gevolgen niet direct zichtbaar zijn, heeft men niet door dat deze slijtage uiteindelijk meer kost.
Om onverwachte veroudering en slijtage van de asset te voorkomen, is het nodig om met regelmaat te controleren of de assets geschikt zijn. Sinds de Tweede Wereldoorlog is veel gewijzigd in de samenleving en organisaties. De uitgangspunten waarmee een asset in het verleden is aangeschaft, komen waarschijnlijk niet meer overeen met de praktijk. Processen zijn gewijzigd en stellen andere eisen aan de assets. Om aan de veranderde eisen te kunnen voldoen is de kans groot dat de asset is aangepast met toevoegingen die de fabrikant nooit had bedacht. Onderhoudsorganisaties moeten daardoor met een nog kritischer oog naar de staat van hun installaties kijken om vast te stellen of de huidige staat van de asset overeenkomt met de gestelde eisen.
Data wordt steeds belangrijker
Bedrijven dienen precies te weten welke factoren impact hebben op de conditie van een asset. Hierdoor is het belangrijk om tijdens normaal gebruik te blijven monitoren of dat wat er gebeurt, gelijk is aan wat er eerder was voorspeld. Worden ‘gelijke’ machines bijvoorbeeld ook wel gelijk belast, verwerken ze hetzelfde materiaal en zijn het aantal start-ups en shut-downs identiek? Dataverzameling en verwerking nemen hierdoor steeds een belangrijkere rol in de organisaties in.
Data is niet alleen belangrijk voor de analyse van een huidig productieproces. Het kan namelijk inzicht geven in welke factoren van invloed zijn op de conditie. Met deze informatie kan de oplevering van een nieuwe machine een stuk voorspoediger gaan. Organisaties onderscheiden zich hier echt in wanneer er goed geanticipeerd kan worden op onverwachte gebeurtenissen.
Steeds meer technologieën komen beschikbaar in het achterhalen van deze informatie en dat gebeurt tevens op een steeds veiligere manier. Moeilijk bereikbare plaatsen kunnen bereikt worden door op afstand bestuurbare machines zoals drones, waardoor de risico’s op inspectiegebied ook verlaagd kunnen worden. Ook in de kantooromgeving zijn deze veranderingen merkbaar. Data-scientists kunnen steeds meer technieken gebruiken, zoals 3D-modellering en dit toepassen om meer geavanceerde algoritmes te ontwikkelen. Allemaal met als doel de juiste informatie te achterhalen.
Sleutel tot succes blijft samenwerking
Kennis en informatie over machines en andere installaties moeten worden vastgelegd, zodat deze niet verloren gaat. Er is een draagvlak van kennis nodig om succes te houden en krijgen. Binnen de TD moet men begrijpen waarom dingen op een bepaalde wijze worden gedaan, juist omdat onderhoud steeds meer data-gestuurd is. Ook is het belangrijk dat monteurs meegaan met nieuwe ontwikkelingen. Dat op het moment dat de installatie wijzigt, monteurs de kennis en kunde hebben om mee te kunnen gaan in de nieuwe situatie.
Samenwerking, met name door goede communicatie, is hierdoor van essentieel belang. Het optimaliseren van de conditie van een asset wordt alleen in goede banen geleid als de juiste mensen met elkaar gaan samenwerken. Men moet dezelfde taal spreken, van strategisch tot operationeel èn uitvoerend niveau.
Door: Karen Huybens en Lorenzo Rossi
Interessant onderwerp?
- Lees ook onze case: ‘Investeren of vervangen: van onderbuikgevoel naar onderbouwing‘.
- Bekijk onze ‘Verdiepende training LCC en Total Cost of Ownership‘. In 2 dagdelen zet u een Business Case op waarin de keuze voor het investeren in dan wel vervangen van uw asset(s) wordt onderbouwd.